Veertien jaar lang maakte hij deel uit van het Artemis-bestuur, in de functie van penningmeester. Na die tijd was Jan Krouwer nog jarenlang een gewaardeerd gezicht in de themagroep Kennis en Bewustwording. Maar met zijn pensionering als productspecialist gewasbescherming bij Royal Brinkman komt er ook een eind aan zijn activiteiten voor Artemis. Iets waar hij zich altijd met hart en ziel voor heeft ingezet. ‘De handel in chemische gewasbescherming heeft een eigen belangenvereniging, de producenten ook. De constructie binnen Artemis om de belangen van beiden te vertegenwoordigen heb ik altijd beter gevonden.’
Dat hij als productspecialist gewasbescherming zou eindigen, was bepaald niet voorbestemd. Jan begon bij Royal Brinkman op de administratie. ‘Bij mijn vorige baan bij Comtu, dat later is opgegaan in Horticoop ben ik in aanraking gekomen met gewasbescherming. Je had weleens bijeenkomsten van fabrikanten die het een en ander kwamen uitleggen. Machtig interessant vond ik dat. Zo ben ik van de administratie de techniek ingerold.’
Geen fulltime specialist
We praten over half jaren tachtig, in de tijd dat biologische gewasbescherming net is ontstaan. ‘Bij Royal Brinkman hadden we er niet eens een fulltime specialist voor. Degene die het deed hield zich in het najaar bezig met grondontsmetting en ging in het voorjaar wat biologie verkopen. Je had wat zomerteeltjes tomaten waarin het werd uitgezet, omdat de eerste middelen toen begonnen te verdwijnen. Nu vraag je je af: hoe is het mogelijk geweest dat we toen met één biologische vijand bezig zijn geweest, zonder goed biologisch systeem. Door de jaren heen is het gigantisch gegroeid.
Groei waarin zijn werkgever Brinkman ook een aandeel had. Niet alleen door het op de markt brengen van producten – met name voor de sierteelt – maar ook als mede-initiatiefnemer van Artemis.
Penningmeester
Jan wordt in 2003 penningmeester en lid van het bestuur, een functie die hij liefst veertien jaar zal bekleden. Met de transformatie naar Artemis 2.0 legt hij zijn bestuurlijke taken neer om door te gaan in de werkgroep Kennis en Bewustwording. Er stond zelfs nog een pilot op het programma waar Jan als projectleider zou gaan fungeren, in de potplanten. Jan: ‘Maar de financiering kwam niet rond. De consequentie was dat we een jaar zouden moeten wachten en daar had ik geen zin meer in. Ik had het graag gedaan, nu is het een beetje onbevredigend afscheid.’
Mooie stappen
Hoe kijkt hij terug op ruim twintig jaar belangenbehartiging? ‘We hebben als Artemis heel mooie stappen gezet. De overheid is en blijft een bestuurlijk apparaat waar – laat ik het zo maar zeggen – lastig mee te werken is. Maar we staan nadrukkelijk op de kaart. Artemis wordt nu gezien en gehoord als belangenorganisatie die de kennis heeft van biologisch bestrijders en biostimulanten. De handel in chemische gewasbescherming heeft een eigen belangenvereniging, de producenten ook. De constructie binnen Artemis om de belangen van beiden te vertegenwoordigen heb ik altijd beter gevonden.’
Uitvoeringsprogramma
Maar we zijn er nog niet, ook niet in de sector waarin hij altijd heeft gewerkt: de glastuinbouw. ‘Nee, er is ook daar nog heel veel winst te behalen. Het aanbod van biostimulanten is veel groter geworden, maar veel kwekers integreren die middelen van natuurlijke oorsprong nog niet in hun bedrijfsvoering. Het gaat kort dag worden voor het Uitvoeringsprogramma in 2030. Het is nu al 2022. Maar als sector gaan we uiteindelijk zeker onze doelstellingen bereiken. Ik heb het gezien bij die potplantenkweker waar we die pilot zouden gaan doen. Die kreeg met chemie ziekten er niet meer onder. Met biologische middelen ging het veel beter. Terwijl zijn planten veel uniformer en schoner waren. Het veilingklaarmaken was een fluitje van een cent. Ben je dan uiteindelijk meer geld kwijt met biologie? Nee.’